Tinka Alaerds van Normec Foodcare en Sophie Tullemans van Brightlands Novabite houden op het Food Future Event op 3 oktober een workshop hoe een winnend foodconcept in de schappen te krijgen.
Te hip of niet onderscheidend genoeg
De vraag is waar gaat het mis? Alaerds legt uit: “Het is balanceren tussen weten wat belangrijk voor jouw doelgroep en opvallen op het schap. Als je bijvoorbeeld een nieuwe pindakaas hebt ontwikkeld, wil je dat zich onderscheidt van de tientallen andere potten pindakaas. Is het concept te hip of wijkt het te veel af van de anderen dan snapt de consument het ook niet.”
Leuk idee niet voldoende
Voor een niche produceren is lastig, zeggen Alaerds en Tullemans. Ze zien dat bij startups: “Ze hebben een leuk product ontwikkeld dat het goed doet in de randstad. Willen ze uitbreiden en overschakelen naar de retail – naar massaproductie - is een heel andere tak van sport. Vaak zien we leuke, hippe nieuwe producten belanden in de 2-eurobak in de supermarkt. Een leuk idee alleen is niet voldoen om mee te draaien op het zeer concurrerend supermarktlandschap.”
Tullemans ziet ook dat startups vaak heel overtuigd zijn van hun eigen product en pas daarna kijken naar de doelgroep. “Die zit vaak niet te wachten om dat product vaker te kopen.”
Gezond en duurzaamheid lastig te vertalen
Gezondheid en duurzaamheid is lastig te vertalen naar de consument. Zo klaagden consumenten als snackfabrikanten bijvoorbeeld chips met een Nutri-Score B ontwikkelden. Alaerds: “Ze vonden de smaak achteruitgaan. Consumenten willen niet persé genot en gezond combineren.”
Soms is het beter om duurzaamheid niet te communiceren. Alaerds: “Bijvoorbeeld met hybride producten. Als je 20% van het vlees vervangt door een plantaardige bron, moet je het uiteraard melden op de ingrediëntenlijst, maar het hoeft niet groot voor op de verpakking. Dit is natuurlijk afhankelijk van wie je wil bereiken. Soms werkt het wel positief.”
Doelgroep voor elke productontwikkelaar belangrijk
Ook productontwikkelaars bij grote bedrijven moeten net als startups goed nadenken over de doelgroep die ze willen bereiken met hun innovatie.
Alaerds noemt het voorbeeld van Coca-cola Life: een variant met 30% minder suiker door de toevoeging van stevia. De fles had een groen label. Het product is weer van de markt omdat het lastig voor de consument was om te begrijpen. Ze wilden de gezondheidsbewuste consument bereiken maar toen ze natuurlijk niet mochten claimen, werd het lastig.
Consumentvertrouwen
Een ander heikel punt: consumenten wantrouwen de foodindustrie. Alaerds: “Dat vertrouwen terugwinnen, is bijna nog belangrijker dan gezondheid en duurzaamheid verkopen. Consumenten worden doodgegooid met logo’s, ze horen over krimpflatie. En programma’s als Keuringsdienst van Waarde maken het vertrouwen in de voedingsmiddelenindustrie er niet beter op.”
Foodbedrijven moeten zeker nadenken over de ontwikkeling van gezonde en duurzame producten, zeker omdat de retail dat vraagt, maar volgens Alaerds en Tullemans heeft de overheid ook eens sterk sturende rol. “Nu ligt veel verantwoordelijkheid bij de consument, maar die heeft vaak de kennis niet. Er is een overkill aan informatie over gezondheid en duurzaamheid voor de consument.”
Tullemans voert bij Brightlands NovaBite veel consumentenonderzoek uit. “Ik hoor redelijk vaak van consumenten dat ze denken dat de voedingsmiddelenindustrie iets erin stopt maar niet op de verpakking plaatsen. Dat is flink wantrouwen.”
Soms lijkt het wel hoe meer bedrijven communiceren over duurzaamheid en gezondheid hoe meer consumenten afhaken. Tullemans: “Bedrijven moeten duurzaamheid gewoon doen en er niet te veel over communiceren. En controleer vooraf via consumentenonderzoek of de doelgroep op jouw innovatie zit te wachten. Dat ga je in ieder geval onderbouwd de schappen in.”
Food Future Event
Over dit en veel meer zullen Tinka Alaerds en Sophie Tullemans aan de hand van verschillende casestudies de workshop geven: Een winnend concept in de schappen, hoe doe je dat?